De intramurale plekken van de geestelijke gezondheidszorg worden afgebouwd. Wij huisvesten mensen daardoor volgens de contingentregeling in onze woningen met de benodigde zorg vanuit de zorginstelling. Zo kunnen zij de volgende stap in hun herstel zetten óf kan worden voorkomen dat hun problematiek zodanig verslechtert dat zij dakloos worden.
Wij zien het als onze taak om mensen met een (extra) zorgvraag (aandachtsgroepen) huisvesting te bieden. Tegelijkertijd zien we dat deze huurders een beroep doen op de kleinere, goedkoopste woningen uit onze voorraad, die veelal in specifieke buurten en gemeenten zijn geconcentreerd.
Wij zien voor onszelf een belangrijke rol in de opgaven van wonen en zorg, onder andere op het gebied van leefbare wijken en het faciliteren van de veranderende woonbehoefte van mensen met zorg. Een deel van deze opgaven speelt zich op lokaal niveau af, mede omdat gemeenten maatschappelijke zorg decentraliseren. En een deel van de opgaven heeft een regionaal karakter, bijvoorbeeld waar het gaat om de samenwerking met zorgpartijen die zich regionaal hebben georganiseerd.
We zien ook dat zowel ouderen als aandachtsgroepen een beroep doen op hun omgeving. Dit vergt (zelf)organiserend vermogen van die omgeving. En andersom ervaart die omgeving soms (over)last. Tot beide fenomenen zullen we ons moeten verhouden.